Jack Haig’s Rest Day-podcast is terug van het tussenseizoen, net als de presentator zelf. In de eerste aflevering van het jaar is Bahrain Victorious-renner Pavel Sivakov te gast. De twee bespreken Haigs prestaties van vorig seizoen, hoe het is om met wereldkampioen Tadej Pogacar te rijden en het hot topic van een mogelijk salarisplafond in de wielersport.
Haig begint met het delen van enkele persoonlijke updates: “Ik heb mijn tussenseizoen in Europa doorgebracht. Op dit moment ben ik volledig gefocust op de voorbereiding op het nieuwe seizoen en heb ik al een trainingskamp met mijn team in Calpe bijgewoond. Op dit moment ben ik weer thuis in Andorra, waar ik train voordat ik mijn seizoen eind januari in Valencia aftrap, met als doel om deze zomer de Tour de France te rijden.”
De Tour de France keert in 2025 terug naar een traditioneler format en eindigt in Parijs. Sivakov is blij met deze verandering: “Vorig jaar in de Tour moesten we in elke etappe alles geven, dus je hebt eigenlijk bijna geen tijd om met collega’s te praten. Normaal gesproken biedt de laatste etappe naar Parijs die mogelijkheid, maar vorig jaar dwong de laatste tijdrit naar Nice me om nog een keer diep te graven. Ik wil liever finishen op de Champs-Élysées”, grapt de Fransman.
Na mislukte Tourdebuut wilde Sivakov nog een Tour de France
Sivakov zal het waarschijnlijk opnemen tegen Haig in de komende Tour. “Mijn eerste Tour de France was verschrikkelijk, maar een van de belangrijkste redenen dat ik me bij UAE heb aangesloten, was om weer naar de Tour te gaan”, vertelt Sivakov. “Natuurlijk weet ik niet zeker of ik de Tour ga rijden, maar het motiveert me extra om alles te geven wat ik heb. Rijden met Pogacar gaf me in het begin stress, maar het bleek een geweldige ervaring. Pogacar was ongelooflijk sterk tijdens de Tour van vorig jaar en het hele team presteerde uitzonderlijk goed. Daar heb ik echt van genoten.”
Sivakov, die negende werd in de Vuelta a España en zesde in de laatste Monument van het jaar, schrijft zijn succes grotendeels toe aan de kracht van zijn teamgenoot Pogacar. “Tadej presteert zo goed dat de druk van de rest van ons afneemt, wat ons juist helpt om beter te rijden. Het is goed dat we als team ook kleinere wedstrijden rijden, want dan is het makkelijker om te winnen”, vervolgt Sivakov. “In de grote wedstrijden heb je het vaak tegen Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel, naast Pogacar, wat vaak betekent dat je alleen podiumplaatsen kunt behalen — tenzij het team prioriteit geeft aan overwinningen.”
Sivakov tevreden over goed najaarsseizoen (naast Pogacar)
“De Vuelta en de Ronde van Lombardije waren voor mij de hoogtepunten van het jaar”, vervolgde Sivakov. “Omdat we als team zo goed presteerden, was ik erg gemotiveerd om mezelf te blijven pushen. Het was leuk om bij te dragen aan Pogacars overwinning in Lombardije. En op het WK in Zürich had ik een geweldige dag in de ontsnapping naast hem.”
In zijn Franse trui reed Sivakov met Pogacar mee, die Slovenië vertegenwoordigde. Hij hielp Pogacar zijn voorsprong te behouden en uitputting in het laatste stuk af te weren. Ondertussen konden rivalen, waaronder de gevaarlijke Mathieu van der Poel, hem niet meer inhalen. “Toen Pogacar en ik vooraan reden, werkten we natuurlijk samen als teamgenoten, maar ik pushte mezelf zo hard dat ik uiteindelijk opbrandde,” geeft Sivakov toe.
Sivakov tegen salarisplafond, vóór transferperiode
Als ze terugkijken op hun beginjaren in de WorldTour, merken Haig en Sivakov grote verschillen op met de huidige generatie jonge renners. “Het is krankzinnig hoe professioneel de jonge jongens nu zijn en hoeveel druk ze zichzelf opleggen,” zegt Haig. “Toen ik de WorldTour inging, was ik gewoon dankbaar voor de kans en heb ik mezelf niet gestrest.”
Sivakov is het daarmee eens: “Nieuwe renners zijn tegenwoordig veel professioneler dan ik op hun leeftijd was. Mentaal kan het voor hen lastiger zijn, omdat er vanaf het begin al zoveel van ze wordt verwacht.”
De populariteit van het wielrennen neemt duidelijk toe en er zijn partijen die dat wat willen afremmen. Bijvoorbeeld met een salarisplafond. Daar is Sivakov tegen. “De sport is daar nog niet groot genoeg voor. Het groeit snel en er wordt veel in geïnvesteerd. Als je nu een salarisplafond invoert, stopt dat de geldstroom. De beste renners binnen het team worden natuurlijk goed betaald, maar met een salarisplafond kan dat ten koste gaan van de andere renners.”
Aan de andere kant is Sivakov voorstander van het invoeren van een transferwindow. “Dat zou goed zijn voor de sport. Kleinere teams zouden bijvoorbeeld meer kunnen verdienen, waardoor ze kunnen groeien en de sport zich verder kan ontwikkelen.”
Leave a Reply